Eggermont Van Eyndhoven Crommen Geelhand Barbaix

De plicht om de meest belaste weg te bewandelen

In een recente voorafgaande beslissing (nr. 20044 van 28 september 2020) bevestigt Vlabel dat inzake de erfbelasting de belastingplichtige de verplichting heeft de meest belaste weg te bewandelen. Doet hij dat niet, dan maakt hij zich schuldig aan fiscaal misbruik.

In casu waren twee (kinderloze) echtgenoten gehuwd onder een stelsel met gemeenschap van goederen. Zij hadden dit stelsel ingeruild voor een stelsel van scheiding van goederen. De gemeenschappelijke (roerende en onroerende) goederen werden naar aanleiding van de wijziging van het stelsel niet verdeeld en maakten derhalve een post-communautaire onverdeeldheid uit. Aan het nieuwe stelsel werd een (optioneel) beding van toebedeling van deze onverdeelde goederen in het voordeel van de langstlevende echtgenoot toegevoegd. Aan dit beding werd een beding van fideicommissum de residuo in voordeel van familieleden van de echtgenoten toegevoegd.

Als doelstellingen werden naar voor geschoven 1/ de autonomie van de echtgenoten, 2/ de bescherming van de echtgenote tegen de mogelijke schuldeisers van de beroepsactieve man, 3/ het onherroepelijk karakter van de toebedeling aan de langstlevende echtgenoot; 4/ de vermaking van het restvermogen van elke echtgenoot aan zijn/haar eigen familie.

De aanvragers vroegen aan Vlabel of de art. 2.7.1.0.2, 2.7.1.0.3°, 2.7.1.0.4 of 2.7.1.0.5 VCF van toepassing waren, al dan niet in samenhang met art. 3.17.0.0.2 VCF.

Vlabel sluit de toepassing van de art. 2.7.1.0.3,3° en 2.7.1.0.5 VCF uit, wellicht omdat de toebedeling van de onverdeeldheden een huwelijksvoordeel is en geen schenking.

Blijkbaar zijn de art. 2.7.1.0.2 en 2.7.1.0.4 VCF op zich ook niet van toepassing, maar ze worden wel gefrustreerd zodat er sprake is van fiscaal misbruik.

Vlabel herhaalt andermaal haar (volledig onjuiste) definitie van het fiscaal misbruik: “herkwalificatie is mogelijk indien de belastingplichtige niet kan aantonen dat de geviseerde verrichting(en) ook niet-fiscale doelstellingen hebben, en dat deze niet-fiscale doelstellingen voldoende opwegen tegen de fiscale motieven”.

Vervolgens stelt Vlabel vast dat het beoogde resultaat kon bekomen worden door een andere (duurdere) techniek, met name het opnemen van een gift tussen echtgenoten in het (gewijzigd) huwelijkscontract + toevoegen van een fideicommis de residuo.

Kortom, er was een duurdere weg die alle doelstellingen realiseerde zodat er sprake was van een ontwijking van art. 2.7.1.0.2 en/of 2.7.1.0.4 VCF.

Kortom, indien de belastingplichtige zekerheid wil dat zijn algemene erfopvolgers na zijn overlijden geen problemen zouden hebben met Vlabel, dient de belastingplichtige zijn doelstellingen te realiseren aan de hand van de duurste techniek.

Het recht om, bij het beogen van een bepaald niet fiscaal doel (bescherming van de langstlevende echtgenoot en terugkeer van het residu naar de familie) de minst belaste weg te kiezen, bestaat niet meer.

N. Geelhand de Merxem